Roggel: Sint Petruskerk
Roggel is een kerkdorp in midden Limburg, onder de rook van Roermond en vormde al minstens sinds 1324 een eigen parochie met als patroonheilige de Heilige Petrus.
Roggel werd in 1679 tot een eigen heerlijkheid verheven, tot die tijd viel het onder Heijthuizen. Over de Heren van Roggel is niet veel bekend. In 1679 wordt de proost van het klooster in Keyserbosch bij Neer als heer genoemd. In 1717 wordt als heer een Bartholomeus Bartholeyns genoemd, andere heren zijn niet bekend.
De St. Petruskerk, met barok hoogaltaar uit de 18e eeuw, werd oorspronkelijk gebouwd in 1447, waarvoor een oudere kerk (12 eeuw) werd afgebroken. De toren dateert ook uit dat jaar.
Er zijn diverse verbouwingen en restauraties geweest: o.a. in 1692. Toen had een grote brand de kerk (en het dorp) in de as gelegd, maar de toren bleef gespaard. Vervolgens in 1832 en dan bij de laatste verbouwing in 1929 ontstaat het huidige kerkgebouw.
De kerk is grotendeels neogotisch. Alleen aan de zuidzijde bij de toren, juist waar het metselteken zit, is nog een oud muurgedeelte.
De St. Petrus-
De toren van Roggel heeft een, in deze streken zeldzame, mergelstenen onderbouw. Dat is opmerkelijk, zo lees ik op een monumenten-
De mergelstenen onderbouw is nog origineel. De bovenbouw moest na de 2e wereldoorlog opnieuw opgebouwd worden.
Vooraanzicht kerk met toren
Zuidmuur
Toren en kerk in 1910
Op de zuidmuur van het oude gedeelte van de kerk is een groot maalkruis te zien.
Het kerkgebouw werd in 1944 door de Duitsers flink beschadigd. Ze lieten de toren springen.
Er waren flinke beschadigingen, waaronder naast de toren, het prachtige mergelstenen raam boven de hoofdingang (onherstelbaar!). Dit is hier nog te zien op deze foto uit 1910.
Maalteken op zuidmuur
____________________________________________________________________________
Tegelen: Sint-
Ogenschijnlijk een toren waar niks bijzonders aan te zien is. Duizenden Tegelenaars zullen het ook nooit opgemerkt hebben.
Op de onderste verdieping van de toren zijn royaal veel bijzondere metseltekens aangebracht. Ze zijn alleen erg moeilijk te zien en om ze op een foto zichtbaar te maken heb ik wel wat foefjes uitmoeten halen met het contrast.
Maar eerst nog wat info over Tegelen, dat slechts 5 km van Venlo ligt.
Het is weinig bekend, dat Tegelen eeuwenlang tot het Hertogdom Gulik heeft behoord, terwijl Venlo Gelders was. Tegelen was voor Venlo dus heel letterlijk 'buitenland' en vice versa.
Dat feit verklaart, dat het dialect van Tegelen duidelijk verschilt van dat van Venlo.
Sinds het nieuwe millennium een aanvang nam, is Tegelen onderdeel van de gemeente Venlo.
De Sint-
Toren St. Martinuskerk
Zuidzijde toren
Linksboven: op de steunbeer, ietsje rechts op de foto is in blauw geglazuurde steen vaag de afbeelding van een soort kasteeltoren te zien, maar dit kan ook wel een monstrans zijn. Midden in deze figuur is in later tijd een raampje aangebracht.
Midden boven: in witte natuursteen is een inwijdingskruisje aangebracht beneden aan de zijkant van deze steunbeer.
Hiervan zijn er nog meer aangebracht rond de toren. De hoger geplaatste hebben de vorm van een calvariekruis.
Rechtboven: Iets meer naar links aan dezelfde zuidmuur van de toren zien we een tweetal figuren. In beide gevallen een aaneenschakeling van ruit-
Westzijde (=voorzijde) toren
Westzijde toren
Westzijde toren: rechts van ingang
Noordzijde toren
Noordzijde toren: natuurstenen fragment met ouroboros
Rechtboven: steen met ouroboros
Zoals op de foto’s hierboven te zien is, is rechts onderaan een stuk natuursteen ingemetseld in de toren. Dit is rechts boven in detail te bekijken. Het lijkt op een voorstelling van 2 draakachtige slangen, die met elkaar vervlochten zijn, en die elk in de eigen staart bijten. Dit is alleen bij de linker slang te zien. De pootjes staan in de richting van de kop.
Ik geef toe dat het wat een vreemde voorstelling is, van een slangenlijf dat naar de staart toe weer breder wordt, maar vervolgens zit er nog wel een krul in de staart voor de punt in de bek belandt.
De ouroboros geeft het eeuwigheidsprincipe weer. Twee "ineengesmede" ringen het beeld van eeuwige (huwelijks-
Rechtsboven: aan de noordzijde zien we twee grote tekens: rechts een duidelijk calvariekruis.
Links is het weer een puzzel wat het voorstelt: de driehoekige basis is duidelijk. Met een pilaar in de midden, maar dan ook nog iets onduidelijks daaromheen.
En dan lijkt het nisje daarboven van latere oorsprong: het lijkt niet goed te passen. Het natuurstenen kruis kan wel al bij de voorstelling hebben behoord.
____________________________________________________________________________
Nederweert: de Lambertuskerk
Nederweert heette oorspronkelijk Merefeld. Mogelijk stamt deze naam, net als bij het buurtschap Rosveld, uit de Romeinse tijd en betekende het paardenwisselplaats. Later: "Weert van den nedersten eynde". Dit is dan weer later Nederweert geworden.
Nederweert was ooit verbonden aan de schepenbank van Weert. Maar ergens in de loop van de 14e eeuw werd Nederweert van Weert afgescheiden.
In 1419 werd voor het eerst melding gemaakt van een eigen schepenbank en heerlijkheid. De heerlijkheid bleef bestaan tot de Franse annexatie in 1795 van de Zuidelijke Nederlanden.
De heerlijkheid is lange tijd in bezit geweest van de graven van Horne.
De Lambertuskerk stamt uit 1467, gebouwd in Brabantse gotiek.
De eerste steen 1467
20juli (dus niet 13 juli, zoals sommige bronnen aangeven): In de zuidelijk zijwand (richting pand Siem ) van de toren staat op een steen dat de eerste steen van de huidige toren op deze datum is gelegd.
in den * jaer ons * her In het jaar des Heren
M * CCCC * ende * LXVII * op 1467 op
sunte * margraten Sint Margaretha's (= 20 juli)
dach * vaert * desen dag werd deze
iersten * steien * ghe eerste steen ge-
lacht legd
Dit moet de H. Margaretha van Antiochië zijn, wier naamdag op 20 juli gevierd werd. In de vijftiende eeuw werd zij alom gevierd en had ze een belangrijke plaats in het volksgeloof.
In het begin van de 16e eeuw zijn er vier broederschappen aan de St. Lambertuskerk verbonden: O.L. Vrouw, St. Antonius, St. Jacobus, St. Joris.
Brand en nieuwbouw
In 1592 verwoesting van de kerk door blikseminslag. Pas in 1607 begin van herbouw van de kerk, als er weer voldoende financiën zijn en inwijding in 1616.
In 1659 opnieuw een dorpsbrand, waarbij de kerk ook afbrandde.
Het ruitpatroon bevindt zich niet alleen in de bovenste helft van de 2e trans, maar ook nog in de onderste metsellagen van de 3e trans. Moeilijk om te zien, maar vergelijkbaar met de westzijde.
Uitzicht op de toren
Westzijde toren: speklagen en metseltekens
Zuidzijde toren
____________________________________________________________________________
Oostrum (bij Venray): kerk
In dit dorpje, vlak bij Venray, treffen we een groot maalkruis aan op de wand van de kerk.
Oostrum (Limburgs: Aostrem of Aostrum) is het grootste kerkdorp van de gemeente Venray. Het heeft een indrukwekkende historie die terug te voeren is tot minimaal 1200 toen de naam Oostrum reeds in de geschiedkundige stukken voor kwam.
De oudste akte van de schepenbank dateert van 16 april 1410. Er is van deze schepenbank een zegelstempel bewaard gebleven (onbekend uit welk jaar) dat de Heilige Maagd Maria vertoont met op haar rechterarm het kind Jezus en in haar linkerhand een scepter met in de rand "Segel der Schepens Oosterom".
Rond het jaar 1400 werd een eenbeukige kerk gebouwd, ter vervanging van een 13e eeuwse voorganger. Deze kerk had een aanzet tot een toren, maar deze werd pas afgebouwd in 1888 naar ontwerp van J. Jorna uit Roermond. In de jaren '30 van de vorige eeuw werd vanwege ruimtegebrek een grote driebeukige kerk gebouwd tegen het oude schip. De architect hiervan was J. Coumans. Het oude schip werd hierdoor veranderd in een soort van voorportaal.
In 1944 werd de kerk opgeblazen. In 1952-
Oostrum is een bedevaartsoord: Onze Lieve Vrouw Behoudenis der Kranken.
Oostrum (bij Venray)
En dan zien we een schuinkruis dat ons toch weer voor een probleem stelt. Hier is bewust een streep dwars gezet. Mogelijk dat het kruis hier de betekenis moest krijgen van Andreaskruis, door de extra steunpaal in het midden, maar ook kan het hier wijzen in de richting van een metselaarsgilde-
Ook kan er een begin gemaakt zijn van een hagelkruis, dat halverwege verboden werd.
Metselteken aan de Noordzijde
Noordzijde
Zuidzijde toren detail