Nederland

Startpagina

Inleiding

noord-brabant 1.2.8 noord-brabant 1.2.6

Nederland

Dit gebeurde in de zogenaamde "Latijnse school".

In juni 2006 werden na een verbouwing van het klooster officieel enkele ruimten in gebruik genomen voor het Erfgoedcentrum Nederlands Kloosterleven dat onderdak biedt aan het erfgoed van diverse kloosterorden.

Zowel archiefstukken, voor een orde of congregatie kenmerkende boeken en voorwerpen, als audiovisueel materiaal en religieuze kunst worden er bewaard en toegankelijk gemaakt.

St. Agatha is het oudst bewoonde klooster van ons land.


Ook de Kruisheren zelf brengen het erfgoed van hun orde onder in St. Agatha (Stichting Sint Aegten).

De geschiedenis van de Kruisheren in het Land van Cuijk gaat terug tot in de veertiende eeuw: in 1371 vestigden zich enkele Kruisbroeders op uitnodiging van de landsheer in een kloostertje bij een kapel die aan de Heilige Agatha was toegewijd, om de bediening van deze kapel op zich te nemen.


Sint Agatha, gelegen aan de uiterwaarden van de Maas

Links: bijzonder fraai is de magische uitstraling die dit schuinkruis bewerkstelligt op deze grote muurvlakte van de kapel van St. Agatha.

Midden: Dit kruis lijkt heel sterk op een Andreaskruis tegen een kruisigingspaal.

Rechts: dan op deze steunbeer toch nog een kruisteken. Het is heel goed mogelijk dat deze metselaars zelf kruisheren waren. Ze hebben wel de behoefte gevoeld om tekens aan te brengen, maar dat moesten wel christelijke tekens zijn, nauw aansluitend bij hun kloosterorde.


Detail steunbeer westzijde

St. Agatha westzijde

Detail westzijde

Noordzijde

Steunbeer uiterst rechts aan de noordzijde

Steunbeer noordzijde

Perioden van grote bloei werden afgewisseld door tijden van neergang en verval, maar telkens weer wisten de Kruisheren van St. Agatha de dikwijls dodelijke dreiging, die door de eeuwen heen uitging van oorlog, ziekte en politiek beleid te weerstaan.

Tot op de dag van vandaag is de kloostertraditie levend gehouden.

Het is dus niet zo verwonderlijk om het calvariekruis op verschillende manieren op het gebouw terug te vinden.

Op de foto links zelfs vlak bij elkaar, bruut verkracht door een niets ontziende regenpijp.

____________________________________________________________________________

Grave: Bagijnenkerk of kloosterkerk


In het vestingstadje Grave is een oude kerk bewaard gebleven die oorspronkelijk werd gebouwd door voor Graafse Begijnen tussen 1475 en 1500.

Oorspronkelijk behoorde de kerk tot het Begijnhof Maria Graf. Vanaf 1581 werd het de kerk van het Franciscanessenklooster, later Waalse kerk, thans Protestantse kerk.

Gebouwd omstreeks 1500 in baksteen en bestaande uit een schip met driezijdige koorsluiting, een veelhoekige gemetselde traptoren op de noordwesthoek.


De tekens op de kerkmuren hadden geen genezende kracht, maar konden wel bijdragen aan het vrijwaren van een een heilige plek van onheil.

De achtermuur is gedeeltelijk origineel met daarin ook weer 'versiering' met ruit en daaropstaand een christelijk-kruis-motief in de vorm van een calvariekruis, verwijzend naar het kruis op de heuvel Golgotha.

Ook van deze puur christelijke tekens ging destijds een magische betekenis uit, net zo goed als dit sterk speelde rond de relikwieën die elke kerk in bezit trachtte te krijgen. Had je een paar bijzondere relikwieën dan stroomden pelgrims toe vanwege de vermeende wonderdadige krachten, die men eraan toeschreef. En het bracht inkomsten met zich mee.


Het kerkgebouw van de protestantse gemeente ligt op een oude, historische plek van Grave, n.l. het oude Bagijnenhof.

Er kwamen al Bagijnen naar Grave kort voor het einde van de 13e eeuw. Deze Bagijnen hebben mogelijk dienst verricht voor het ertegenover gelegen H. Geesthuis en het in 1290 gestichte St. Catharina Gasthuis.

De Bagijnen beschikten lang over een eigen kapel, die wat noordelijker dan de huidige kerk aan de Hoofschestraat gelegen was. Na de verovering van Grave door Prins Parma is de kapel uit het stadsdeel verdwenen (1586).

In 1459 nam een deel van de Graafse Bagijnen de Derde Regel van St. Franciscus aan en in 1475 werd aan een van de Tertiarissen van het klooster Maria Graf door de Bisschop van Luik toestemming verleend tot het bouwen van een eigen kerk.

In 1526 werd deze kloosterkerk ingewijd.


Oorspronkelijke Bagijnenkerk

Calvariekruis met dubbele ruit eronder

Het bakstenen bouwwerk bestaat uit een schip met een driezijdige koorsluiting, alles laat gothiek; het oorspronkelijke gewelf is nu vervangen door een stucplafond. Pittoresk is de veelhoekige gemetselde traptoren op de noordwesthoek van de kerk. Bekend is dat bij de belegering van Grave door Parma, de kloostergebouwen zware schade hadden opgelopen, zodat "aen de timmeragie" die een zuster als bruidsschat had meegebracht, 400 gulden van de 500 gulden besteed werd. In hoeverre ook de kloosterkapel daaronder viel, is niet duidelijk.


Muurgedeelte van oude kloosterkerk uit 15e eeuw

Boven links: een pontificaal calvariekruis op de westzijde van de kapel. Op de steunbeer, geheel links, is nog een teken te vinden, hier slecht te zien.

Boven midden: in het midden het pontificale kruis recht onder de klok.

Boven rechts: het kruis op de steunbeer, staande op een Ing-rune.


noord-brabant 1.2.8 noord-brabant 1.2.7 noord-brabant 1.2.6 #pic_1080

Sint Agatha: Kruisherenklooster

Het dorp St. Agatha ligt aan de Maas in het noorden van Brabant in de gemeente Cuijk. Omstreeks 1371 werd er het Kruisherenklooster opgericht. Vanuit dit klooster van de Kruisheren werden veel missionarissen opgeleid